Vertalingen geloven NL>ES
geloven
werkw.
Uitspraak: | [xəˈlovə(n)] |
Verbuigingen: | geloofde (verl.tijd ) heeft geloofd (volt.deelw.) |
1) de overtuiging hebben dat iets waar is -
creer Ik geloof er niets van. - Yo no lo creo en absoluto. |
iemand op zijn woord geloven (=denken dat iemand de waarheid spreekt zonder daarvoor bewijzen te vragen) - creer en la palabra de alguien
|
Je zult eraan geloven. (=je zult uiteindelijk iets vervelends meemaken) - No tienes vuelta de hoja.
|
2) denken dat er een opperwezen bestaat religie -
creer Zij gelooft niet meer sinds haar zestiende. - Ella ya no cree desde que tiene dieiciséis años. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
geloven (ww.) | asumir (ww.) ; considerar (ww.) ; creer (ww.) ; creer en (ww.) ; presumir (ww.) ; suponer (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `geloven`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aannemenNL: ervan uitgaanNL: vertrouwenNL: wanen