Vertaal
Naar andere talen: • zaniken > DEzaniken > ESzaniken > FR
Vertalingen zaniken NL>EN
zaniken (ww.)to beef ; to dawdle ; to delay ; to linger ; to nag ; to procrastinate ; to put off ; to retard ; to saunter ; to tarry
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `zaniken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aarzelen
NL: dralen
NL: dreinen
NL: drentelen
NL: druilen
NL: hannesen
NL: talmen
NL: teuten
NL: treuzelen
NL: zeiken

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: lig niet te zaniken EN: don't bother me, don't be a bore
NL: hij bleef mij aan de oren zaniken over... EN: he kept dinning in my ears about...
NL: over iets zaniken EN: bother over a thing