Vertalingen slinken NL>EN
slinken
werkw.
Uitspraak: | [ˈslɪŋkə(n)] |
Verbuigingen: | slonk (verl.tijd ) is geslonken (volt.deelw.) |
kleiner of minder worden -
diminish, dwindle Als je een kunstgebit draagt, slinken je kaken. - If you wear dentures, the bone in your jaw will recede. je voorsprong zien slinken - to see one's chances diminish De voorraden slinken snel. - The supplies are quickly running out. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
slinken (ww.) | to lessen ; to wither ; to sink ; to shrivel up ; to shrivel ; to shrink back ; to shrink away ; to shrink ; to scale down ; to reduce ; to mark down ; to go down ; to dwindle ; to drop ; to diminish ; to decrease ; to curtail ; to become depleted |
slinken | abate ; shrunken ; fall |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages; Tecdic.com; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `slinken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afnemenNL: beperkenNL: indrogenNL: inkrimpenNL: inperkenNL: kleiner wordenNL: krimpenNL: minder wordenNL: minderenNL: minwordenAlternatieve spelling of gebruik
| Let op; In het UK-Engels en het US-Engels worden verschillende woorden gebruikt. In UK-Engels gebruikt men `autumn` In US-Engels gebruikt men `fall` |