Vertalingen fluiten NL>EN
fluiten
werkw.
Uitspraak: | [ˈflœytə(n)] |
Verbuigingen: | floot (verl.tijd ) heeft gefloten (volt.deelw.) |
1) op een fluit blazen -
blow a whistle 2) het geluid van een fluit maken -
whistle vogels fluiten - birds sing like a flute een vrolijk liedje fluiten - whistle a cheerful song op je vingers fluiten - whistle on your fingers |
Daar kun je naar fluiten. (=dat ben je voor altijd kwijt) - You can whistle for a dog, but you won't find him.
|
3) scheidsrechter zijn bij een wedstrijd -
whistle Ik fluit bij het pupillenelftal. - I referee at the juniour soccer play. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
fluiten (ww.) | to hum ; to referee ; to whistle |
fluiten (mv.) | flutes (mv.) |
het fluiten | the blow |
fluiten | alarm whistle ; hiss ; singing ; whistle |
Bronnen: interglot; MWB; Wakefield genealogy pages; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `fluiten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: blazenNL: fluitspelenNL: gierenNL: pijpenNL: plassenNL: roepenUitdrukkingen en gezegdes
NL: naar je geld
fluiten
EN: whistle for your money