Vertalingen afmaken NL>EN
afmaken
werkw.
Uitspraak: | [ˈɑfmakə(n)] |
Verbuigingen: | maakte af (verl.tijd ) heeft afgemaakt (volt.deelw.) |
1) (wat nog niet klaar is) afronden -
finish off, prepare, round off een klusje afmaken - finish up a job |
2) doden -
put down, slaughter gevaarlijke honden afmaken - put down dangerous dogs |
3) harde kritiek leveren op (iets of iemand) -
criticize, run down Zijn nieuwste boek werd in de pers helemaal afgemaakt. - Her newest book was badly criticized by the press. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
afmaken (ww.) | to commit murder ; to perfect ; to murder ; to make better ; to kill ; to improve ; to get ready ; to get done ; to finish off ; to finish ; to end ; to eliminate ; to complete ; to bring to an end ; to better ; to accomplish |
het afmaken | the slaughtering ; the massacre ; the killing off ; the finishing |
afmaken | accommodate ; to kill ; to destroy ; terminate ; stamping out ; accomodate |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `afmaken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afdoenNL: afkrakenNL: afkrijgenNL: afrondenNL: afschietenNL: afslachtenNL: afslachtingNL: afwerkenNL: beëindigenNL: besluitenAlternatieve spelling of gebruik
| Let op de verschillende spellingsvarianten in UK- en US-Engels: UK-spelling: compleat US-spelling: complete |
Uitdrukkingen en gezegdes
NL: een engagement
afmaken
EN: break off an engagementNL: zich ergens van
afmaken
EN: dismiss a matter in a few words