Vertaal
Naar andere talen: • wezen > DEwezen > ESwezen > FR
Vertalingen wezen NL>EN

I het wezen

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ˈwezə(n)]
Verbuigingen:  -s (meerv.)

1) levend schepsel, zoals een mens of dier - being, creature, soul
een menselijk wezen - a human being
een buitenaards wezen - an extraterrestrial being / alien

2) de essentie (van iets of iemand) - substance, core, essence
oorsprong en wezen van de dingen - origin and nature of things


II wezen

werkw.
Uitspraak:  [ˈwezə(n)]

1) zijn - be
Dat zal wel wezen. - That's true.
uitdrukking Ze mag er wezen.
uitdrukking Het zal mij een zorg wezen.

2) gaan - be, go
We zijn wezen fietsen. - We were cycling.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
wezen (ww.)to be
het wezenthe being ; the creature ; the essence
de wezenthe human ; the mortal
wezen character ; gist ; nature
Bronnen: Wakefield genealogy pages; MWB; interglot


Voorbeeldzinnen met `wezen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aard
NL: iemand
NL: individu
NL: kern
NL: kwintessens
NL: mens
NL: mensenkind
NL: persoon
NL: schepsel
NL: sterveling

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: zij (dat) mag er wezen EN: she (that) is hot stuff
NL: doordringen tot het wezen der zaak EN: penetrate to the heart (root) of the matter EN: (aard) nature EN: (gelaat) countenance
NL: geen levend wezen EN: not a living soul
NL: in wezen EN: in essence, essentially
NL: in 't wezen roepen EN: call into being