Vertaal
Naar andere talen: • AF > ENAF > ESAF > FR
Vertalingen AF NL>DE

af

bijwoord
Uitspraak:  [ɑf]

1) klaar - erledigt
Is je huiswerk af? - Hast du deine Hausarbeit erledigt?

2) naar beneden of weg van iets - weg , ab , herab
Hij loopt dan de trap af. - Er läuft die Treppe herab.
Na zeven jaar ging hij van zijn vrouw af. - Nach sieben Jahren trennte er sich von seiner Frau.
uitdrukking af en aan

3) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking op iemand of iets af

4) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking terug bij af zijn

5) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking af en toe

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
af aus ; beendet ; bereit ; einsatzbereit ; erledigt ; fertig ; geschafft ; hinab ; klar ; parat ; vollendet
AF (Afkorting) AF (Afkorting) ; Atemfrequenz ; Hörfrequenz ; Tonfrequenz
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.




Synoniemen
NL: afgedaan
NL: afgelopen
NL: beëindigd
NL: bereid
NL: gedaan
NL: geëindigd
NL: gepleegd
NL: gereed
NL: klaar
NL: naar beneden

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: af! DE: los!
NL: af en aan DE: ab und an, hin und her
NL: af en toe DE: ab und zu, dann und wann, hin und wieder
NL: berg op, berg af DE: bergauf, bergab
NL: goed af zijn DE: Glück gehabt haben
NL: (de verloving) is af DE: ist zurückgegangen
NL: (de verf) is er af DE: ist ab
NL: daar wil ik af zijn DE: das weiß ich nicht genau
NL: ik ben er af DE: ich bin der Sache los
NL: het aardige is er af DE: es hat seinen Reiz verloren
NL: (dat kan) er bij hem niet af DE: er kann es sich nicht leisten
NL: bij rood af DE: fast rot
NL: op het geluid af DE: dem Laute nach
NL: op het gevoel af DE: nach dem Gefühl
NL: op gevaar af DE: auf die Gefahr hin
NL: op de minuut af DE: bis auf die Minute
NL: (we zijn) van hem af DE: ihn los
NL: je bent nog niet van hem af DE: mit ihm bist du noch nicht fertig
NL: (5 minuten) van het station af DE: vom Bahnhof entfernt
NL: van dit ogenblik af DE: von diesem Augenblick an
NL: van kind af DE: