1. MWB
  2. Vertalen
  3. ziekelijk (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • ziekelijk > EN • ziekelijk > ES • ziekelijk > FR
Vertalingen ziekelijk NL>DE

ziekelijk

bijv.naamw.
Uitspraak:  [ˈzikələk]

1) (van iemand) vaak ziek - kränklich , kränkelnd
een ziekelijk kind - ein kränkelndes Kind

2) abnormaal - krankhaft
een ziekelijke belangstelling voor de dood - ein krankhaftes Interesse am Tod

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
ziekelijk (bnw.) kränkelnd (bnw.)
ziekelijk lahm ; schwächlich ; schwach ; schlapp ; schlaff ; pathologisch (bnw.) ; matt ; lustlos ; kränklich (bnw.) ; kränkelnd ; krankhaft (bnw.) ; kraftlos ; hinfällig ; hilflos ; gebrechlich ; abgespannt ; morbid
Bronnen: interglot; Wiktionary; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `ziekelijk`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: abnormaal
NL: bleekjes
NL: kwakkelig
NL: ongezond
NL: pathologisch
NL: pips
NL: slap
NL: slapjes
NL: wee
NL: zwak

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: (hij heeft) een ziekelijk uiterlijk DE: ein kränkliches Aussehen