Vertaal
Naar andere talen: • verminderen > ENverminderen > ESverminderen > FR
Vertalingen verminderen NL>DE

verminderen

werkw.
Uitspraak:  [vərˈmɪndərə(n)]
Verbuigingen:  verminderde (verl.tijd )

1) minder maken - verringern , kürzen , mäßigen
Verbuigingen:  heeft verminderd (volt.deelw.)
De directie verminderde het aantal werknemers in vaste dienst. - Die Geschäftsführung verringerte die Anzahl der fest angestellten Arbeiter.

2) minder worden - verringern , kürzen , vermindern , herabsetzen
Verbuigingen:  is verminderd (volt.deelw.)
Hun aantal is drastisch verminderd. - Ihre Anzahl wurde drastisch herabgesetzt.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
verminderen (ww.) mindern (ww.) ; weniger werden (ww.) ; verringern (ww.) ; vermindern (ww.) ; verkleinern (ww.) ; sich verringern (ww.) ; sich vermindern (ww.) ; senken (ww.) ; schwinden (ww.) ; schrumpfen (ww.) ; schlechter werden (ww.) ; reduzieren (ww.) ; herabsetzen (ww.) ; einschrumpfen (ww.) ; abpreisen (ww.)
verminderen (werkw.) verringern ; vermindern ; abnehmen
verminderen abklingen ; schmälern ; nachlassen ; dämpfen ; Dekrement ; abschwächen
Bronnen: Wikipedia; interglot; Wiktionary; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `verminderen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: achteruitgaan
NL: afnemen
NL: afprijzen
NL: beperken
NL: dalen
NL: declineren
NL: inkrimpen
NL: inperken
NL: krimpen
NL: minder worden

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: verminderde ontvangsten DE: verringerte Einnahmen, Mindereinnahmen