Vertalingen verbreken NL>DE
verbreken
werkw.
Uitspraak: | [vərˈbrekə(n)] |
Verbuigingen: | verbrak (verl.tijd ) heeft verbroken (volt.deelw.) |
een einde maken aan -
brechen , abbrechen , durchbrechen het contract verbreken - den Vertrag brechen de stilte verbreken - die Stille durchbrechen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
verbreken (ww.) | ausfasern (ww.) ; zerlegen (ww.) ; zerbrechen (ww.) ; unterbrechen (ww.) ; trennen (ww.) ; scheiden (ww.) ; freilassen (ww.) ; entkoppeln (ww.) ; entknoten (ww.) ; entfesseln (ww.) ; entbinden (ww.) ; brechen (ww.) ; beenden (ww.) ; aufmachen (ww.) ; aufknoten (ww.) ; anbrechen (ww.) ; abbrechen (ww.) |
het verbreken | der Verzicht ; die Unterbrechung ; die Enthaltung ; die Enthaltsamkeit |
verbreken | abbrechen ; eine Verbindung abbrechen ; Ausschalten ; Auslöseprozedur ; Auslöseprotokol |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `verbreken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afbrekenNL: beëindigenNL: forcerenNL: onderbrekenNL: onderbrekingNL: ontbindenNL: opheffenNL: stukmakenNL: verbrijzelenUitdrukkingen en gezegdes
NL: (het telefoonkantoor heeft de verbinding) verbroken
DE: getrennt