Vertalingen opdienen NL>DE
opdienen (ww.) | anrichten (ww.) ; auftischen (ww.) ; auftragen (ww.) ; bedienen (ww.) ; dienen (ww.) ; servieren (ww.) |
opdienen (werkw.) | auftragen |
Bronnen: interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `opdienen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aan tafel bedienenNL: bedienenNL: opdissenNL: serverenNL: voorzetten