Vertalingen toets NL>DE
de toets
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [tuts] |
Verbuigingen: | toetsen (meerv.) |
1) test om uit te zoeken of iets of iemand voldoet aan bepaalde voorwaarden -
Prüfung (die ~), Arbeit (die ~) een schriftelijke toets voor wiskunde - eine schriftliche Mathematikarbeit luistertoets - Hör- und Verständnistest |
de toets der kritiek kunnen doorstaan (=aan de voorwaarden voldoen) - den Anforderungen entsprechen
|
2) beweegbaar onderdeel waarop je moet drukken om een apparaat te bedienen -
Taste (die ~) de zwarte toetsen van de piano - die schwarzen Tasten des Klaviers druktoets - Drucktaste de entertoets - die Entertaste pauzetoets - Pausetaste |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
het toets | die Taste |
de toets (m) | der Computertest ; die Erprobung ; das Griffbrett ; die Klassenarbeit ; das Proben ; das Repetieren ; die Taste |
toets | Griffbrett ; Kippschalter ; Prüfung ; Taste ; Versuch |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `toets`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: computertoetsNL: criteriumNL: maatstafNL: onderzoekNL: overhoringNL: proefNL: proefwerkNL: repetitieNL: testUitdrukkingen en gezegdes
NL: rekenkundige
toets
DE: arithmetische Prüfung, Rechenprüfung, Rechenprobe (die)NL: de
toets doorstaan
DE: die Prüfung bestehenNL: de
toets der kritiek doorstaan
DE: vor der Kritik bestehen, der Kritik standhalten