Vertalingen geschil NL>DE
het geschil
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [xəˈsxɪl] |
| Verbuigingen: | geschillen (meerv.) |
formeel meningsverschil -
Streit (der ~), Meinungsverschiedenheit (die ~) een geschil met je werkgever hebben - eine Meinungsverschiedenheit mit dem Arbeitgeber haben
geschillencommissie - Schlichtungsausschuss |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| het geschil | der Konflikt ; die Zwietracht ; der Zank ; der Wortwechsel ; der Wortstreit ; die Uneinigkeit ; der Twist ; die Streitigkeit ; das Streitgespräch ; der Streitfall ; der Streit ; die Meinungsverschiedenheit ; die Differenz ; die Auseinandersetzung |
| geschil | (Rechts)Streitigkeit ; Streitsache ; Streitpunkt ; Streitigkeit ; Streitfall ; Rechtsstreitigkeit ; Rechtsstreit ; Meinungsverschiedenheit ; der Krach |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `geschil`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: conflictNL: debatNL: dispuutNL: kwestieNL: moeilijkheidNL: onenigheidNL: redestrijdNL: redetwistNL: ruzieNL: twist
