Vertalingen spieken NL>DE
spieken
werkw.
Uitspraak: | [ˈspikə(n)] |
Verbuigingen: | spiekte (verl.tijd ) heeft gespiekt (volt.deelw.) |
stiekem kijken hoe een ander iets doet -
abschreiben bij het maken van een proefwerk spieken bij de jongen die naast je zit - bei einer Klassenarbeit bei dem Jungen abschreiben, der neben einem sitzt |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
het spieken | das Abgucken ; das Abschreiben |
spieken | spicken |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `spieken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afkijkenNL: bedriegenNL: overkalkenNL: overschrijven