Vertalingen overvallen NL>DE
overvallen
werkw.
| Uitspraak: | [ovərˈvɑlə(n)] |
| Verbuigingen: | overviel (verl.tijd ) heeft overvallen (volt.deelw.) |
1) onverwacht met geweld aanvallen -
überfallen | Het tankstation is overvallen door twee jongens op een motorfiets. - Die Tankstelle wurde von zwei jungen Männern auf einem Motorrad überfallen. |
2) plotseling gebeuren waardoor je ervan schrikt -
überrumpeln , überfallen | De uitnodiging om mee te gaan naar Parijs overviel me nogal. - Ich wurde mit der Einladung, mit nach Paris zu gehen, ziemlich überfallen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| overvallen (ww.) | anfallen (ww.) ; angreifen (ww.) ; anstürmen (ww.) ; bestürmen (ww.) ; überfallen (ww.) ; überrumpeln (ww.) |
| overvallen (werkw.) | überfallen |
| overvallen | geschehen ; passiert ; zugestoßen |
Bronnen: interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `overvallen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanvallenNL: attaquerenNL: bestormenNL: overkomenNL: overrompelen