Vertaal
Naar andere talen: • mogen > ENmogen > ESmogen > FR
Vertalingen mogen NL>DE

mogen

werkw.
Uitspraak:  [ˈmoxə(n)]
Verbuigingen:  mocht (verl.tijd ) heeft gemogen (volt.deelw.)

1) toestemming hebben voor (een bepaald soort gedrag) - dürfen
Mag ik je pen even lenen? - Darf ich kurz deinen Stift ausleihen?
Van de dokter mag ik geen alcohol meer drinken. - Ich darf von Seiten des Arztes keinen Alkohol mehr trinken.

2) (iemand) aardig vinden - mögen
Haar man mocht mij niet zo. - Ihr Mann mochte mich nicht so sehr.

3) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking er mogen wezen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
mogen (ww.) dürfen (ww.) ; können (ww.) ; könnten (ww.) ; mögen (ww.)
mogen (werkw.) dürfen ; möchten ; mögen
mogen gernhaben
Bronnen: interglot; Wikipedia; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `mogen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aardig vinden
NL: kunnen
NL: mag
NL: moeten
NL: zullen

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: je mag (hier niet roken) DE: man darf
NL: mocht hij (niet komen?) DE: durfte er?
NL: (dat) had je niet mogen doen DE: hättest du nicht tun dürfen
NL: hem mag je gerust vertrouwen DE: ihm darfst du ruhig trauen
NL: (dat) mag niet DE: darf nicht geschehen, darf nicht sein, ist nicht erlaubt
NL: mag je van je vader roken? DE: erlaubt dir dein Vater zu rauchen?
NL: hij mag het niet van zijn moeder DE: seine Mutter will es nicht
NL: hij mag niet roken van de dokter DE: der Arzt hat ihm verboten zu rauchen
NL: mag ik wat vuur van u, zou ik u om wat vuur mogen vragen? DE: dürfte ich Sie um etwas Feuer bitten?
NL: mocht hij (om 10 uur nog niet hier zijn, dan...) DE: sollte er
NL: moge (het u gelukken) DE: möge
NL: (ik hoop dat het spoedig) mag gebeuren DE: geschehen mag
NL: mocht (hij toch spoedig komen!) DE: möchte
NL: wat hij ook doen mag (moge), (het helpt hem niet) DE: was er auch tun mag
NL: voor mijn part mag je (uitgaan) DE: meinetwegen magst du
NL: ik mocht die kerel niet DE: ich mochte den Kerl nicht
NL: je mocht je eens vergissen DE: du möchtest, könntest dich irren
NL: het heeft niet mogen zijn DE: es hat nicht sein sollen
NL: (hun geluk) mocht (= zou) (niet van lange duur zijn) DE: sollte