Vertaal
Naar andere talen: • kruis > ENkruis > ESkruis > FR
Vertalingen kruis NL>DE

het kruis

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [krœys]
Verbuigingen:  kruisen (meerv.)

1) figuur van twee lijnen door elkaar heen zoals in de letter 'x' - Kreuz (das ~)
een kruisje in een vakje zetten - ankreuzen

2) plaats waar je benen of broekspijpen bij elkaar komen - Schritt (der ~)
iemand in zijn kruis trappen

3) verticale balk met kortere horizontale balk boven het midden - Kreuz (das ~)
Vroeger werden misdadigers aan een kruis genageld. - Früher wurden Missetäter ans Kreuz genagelt.

4) iets dat je heel moeilijk en zwaar vindt - Kreuz (das ~)
Het leven is soms een kruis. - Das Leben ist manchmal ein Kreuz.

5) teken dat een muzieknoot een halve toon hoger moet muziek - Kreuz (das ~), Erhöhungszeichen (das ~)
Let op, er staan twee kruisen!

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
het kruisdie Bürde ; der edle Teile ; die Folter ; die Heimsuchung ; das Kreuz ; die Kreuzform ; das Kruzfix ; der Kummer ; die Last ; die Qual ; die Quälerei
kruis Kruppe
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `kruis`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: beproeving
NL: crucifix
NL: droefenis
NL: edele delen
NL: gebaar na gebed
NL: kruisvorm
NL: kwel
NL: leed
NL: ongeluk
NL: pijn

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: een kruis maken (slaan) DE: ein Kreuz schlagen, sich bekreuzigen
NL: Iemand het kruis nageven DE: drei Kreuze hinter einem machen
NL: kruis of munt DE: Kopf oder Schrift