Vertalingen ongeluk NL>DE
het ongeluk
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈɔnxəlʏk] |
Verbuigingen: | ongelukken (meerv.) |
1) onverwachte en onaangename gebeurtenis -
Unfall (der ~) verkeersongeluk - Verkehrsunfall |
2) onaangename toestand -
Mißgeschick (das ~), Unglück (das ~) 3) deel van de uitdrukking: -
per ongeluk (=zonder dat het de bedoeling was) - aus Versehen
per ongeluk een glas laten vallen - aus Versehen ein Glas fallen lassen
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
het ongeluk | das Elend ; die Folter ; die Katastrophe ; der Kummer ; das Missgeschick ; die Not ; das Pech ; der Schicksalsschlag ; der Unfall ; das Unglück |
Bronnen: interglot; Wikipedia; cibg.be; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `ongeluk`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: beproevingNL: droefenisNL: ellendeNL: gedaanteverwisselingNL: kruisNL: kwelNL: leedNL: malheurNL: moeilijkhedenNL: ongevalUitdrukkingen en gezegdes
NL: plaats van het
ongeluk
DE: Unfallstelle (die)NL: pas op, anders gebeuren er
ongelukken!
DE: Vorsicht sonst passiert ein UnglückNL: het
ongeluk wilde, dat hij er nog niet was
DE: unglücklicherweise war er noch nicht daNL: bij
ongeluk
DE: (ongelukkigerwijze) zum Unglück, unglücklicherweiseNL: het gebeurde per (bij)
ongeluk, het was een
ongeluk
DE: (een abuis) es geschah aus VersehenNL: een
ongeluk zit in een klein hoekje
DE: Unglück kommt über NachtNL: (iemand) een
ongeluk slaan
DE: arg zurichtenNL: z. een
ongeluk werken
DE: sich zuschanden arbeiten