Vertaal
Naar andere talen: • koesteren > ENkoesteren > ESkoesteren > FR
Vertalingen koesteren NL>DE

I koesteren

werkw.
Uitspraak:  [ˈkustərə(n)]
Verbuigingen:  koesterde (verl.tijd ) heeft gekoesterd (volt.deelw.)

1) (een emotie) bij jezelf voelen en laten voortduren - hegen , pflegen , hätscheln
een wens koesteren - einen Wunsch hegen
hoop koesteren - Hoffnung heben

2) liefdevol verzorgen - hegen , pflegen , hätscheln
je antieke auto koesteren - sein antikes Auto pflegen


II zich koesteren

reflexief werkw.
Uitspraak:  [ˈkustərə(n)]
Verbuigingen:  koesterde zich (verl.tijd ) heeft zich gekoesterd (volt.deelw.)

je warm laten worden - wärmen , erwärmen
je in het zonnetje koesteren - sich in der Sonne wärmen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
koesteren (ww.) hegen (ww.) ; knuddeln (ww.) ; kuscheln (ww.) ; schmusen (ww.) ; streicheln (ww.)
koesteren (werkw.) hegen ; umsorgen
het koesterendas Hegen und pflegen ; das Verhätscheln
koesteren umsorgen
Bronnen: Wikipedia; interglot; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `koesteren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: baden
NL: broeden
NL: koestering
NL: troetelen
NL: vertroetelen
NL: verwennen
NL: zonnen

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: z. in het zonnetje koesteren DE: sich an der Sonne erwärmen, sich sonnen
NL: (liefde) koesteren voor DE: hegen zu
NL: het voornemen koesteren DE: die Absicht haben