Vertaal
Naar andere talen: • klein > ENklein > ESklein > FR
Vertalingen klein NL>DE

klein

bijv.naamw.
Uitspraak:  [klɛin]

1) als de afmetingen van iets of iemand minder zijn dan meestal of dan gewenst - klein
Ik ben klein voor mijn leeftijd. - Für mein Alter bin ich klein.
een kleine auto - ein kleines Auto
Die broek is te klein. - Die Hose ist zu klein.

2) jong - klein
kleine kinderen hebben - kleine Kinder haben
Zij zijn te klein voor die film. - Sie sind zu klein für diesen Film.

3) gering in aantal, hoeveelheid of aanzien - klein
een klein beetje suiker in de thee - ein kleines bisschen Zucker im Tee
Ik kan je dit voor een klein prijsje verkopen. - Ich kann dir dies zu einem kleinen Preis verkaufen.
uitdrukking een klein...
uitdrukking een kleine eter
uitdrukking de kleine man

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
klein banal ; dürftig ; gering ; klein ; klein ; knapp ; minderwertig ; unter dem Mindestmaß ; winzig ; äußerst klein ; diminutiv ; kurz ; lütt ; lützel ; wenig
Bronnen: interglot; Wiktionary; Wikipedia; Omegawiki.org


Voorbeeldzinnen met `klein`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: beperkt
NL: in geringe mate
NL: jong
NL: kort
NL: min
NL: nietig
NL: ondermaats
NL: petite
NL: popperig
NL: van geringe afmeting

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: kleine boer DE: Kleinbauer (der)
NL: een klein uur DE: eine kleine Stunde
NL: een kleine tien jaren DE: fast zehn Jahre
NL: tot in de kleinste bijzonderheden DE: bis ins kleinste
NL: in het klein (verkopen) DE: im kleinen
NL: verkoop in het klein DE: Kleinverkauf (der)