Vertalingen happen NL>DE
happen
werkw.
Uitspraak: | [ˈhɑpə(n)] |
Verbuigingen: | hapte (verl.tijd ) heeft gehapt (volt.deelw.) |
1) een hap nemen (van iets) -
schnappen , beißen naar adem happen (=het benauwd hebben) - nach Luft schnappen
|
koekhappen (=als spel met een blinddoek voor proberen stukjes ontbijtkoek te happen) - Kuchenschnappen
|
2) te serieus reageren op een grap -
schnappen , in die Luft gehen Als zij grappen maken, heb ik dat nooit direct in de gaten. Ik hap dus altijd. - Wenn sie Witze reißen, merke ich das nie direkt. Ich schnappe darum immer. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
happen (ww.) | anbeißen (ww.) ; beißen (ww.) ; zubeißen (ww.) |
het happen | der Bissen |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `happen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bijtenNL: dichtbijtenNL: erin vliegenNL: toebijtenNL: toehappenNL: toesnauwenUitdrukkingen en gezegdes
NL: in iets
happen
DE: in etwas (4) beißen