Vertalingen glijden NL>DE
glijden
werkw.
Uitspraak: | [ˈxlɛidə(n)] |
Verbuigingen: | gleed (verl.tijd ) is gegleden (volt.deelw.) |
makkelijk en snel over iets schuiven -
gleiten , rutschen Door de gladheid gleed mijn auto van de weg. - Wegen der Glätte rutschte mein Auto vom Weg. Die gladde vis gleed zo uit mijn handen. - Dieser glatte Fisch entglitt so meinen Händen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
glijden (ww.) | ausgleiten (ww.) ; gleiten (ww.) ; glitschen (ww.) ; rutschen (ww.) ; schlittern (ww.) |
glijden (werkw.) | gleiten |
glijden | auf einer Führung gleiten ; Gleiten ; in einer Führung gleiten ; Schlüpfen ; Schub ; schweben |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `glijden`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: glibberenNL: glippenNL: roetsjenUitdrukkingen en gezegdes
NL: (zijn blik) gleed langs me heen
DE: streifte michNL: (de sneeuwmassa's) raakten aan het
glijden
DE: kamen ins Rutschen