Vertaal
Naar andere talen: • glibberen > ENglibberen > ESglibberen > FR
Vertalingen glibberen NL>DE
glibberen (ww.) ausgleiten (ww.) ; gleiten (ww.) ; glitschen (ww.) ; rutschen (ww.) ; schlittern (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `glibberen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: glijden
NL: glippen
NL: slibberen
NL: uitglijden