Vertaal
Naar andere talen: • beetpakken > ENbeetpakken > ESbeetpakken > FR
Vertalingen beetpakken NL>DE
beetpakken (ww.) anpacken (ww.) ; begreifen (ww.) ; fassen (ww.) ; festgreifen (ww.) ; festhalten (ww.) ; greifen (ww.) ; packen (ww.) ; zugreifen (ww.)
het beetpakkendas Anfassen ; das Festnehmen ; das Festpacken
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `beetpakken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aangrijpen
NL: aanklampen
NL: aanpakken
NL: aanvatten
NL: beetgrijpen
NL: beetnemen
NL: greep
NL: grijpen
NL: pakken
NL: vastgrijpen