1. MWB
  2. Vertalen
  3. aanspraak (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • aanspraak > EN • aanspraak > ES • aanspraak > FR
Vertalingen aanspraak NL>DE
de aanspraakdas Anrecht ; der Anspruch ; der Rechtstitel
aanspraak Anwartschaft
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `aanspraak`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: claim
NL: recht
NL: rechtsgrond
NL: rechtstit
NL: rechtstitel
NL: tit
NL: titel

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: (hij heeft hier) weinig aanspraak DE: wenig Umgang
NL: aanspraak hebben op DE: Anspruch haben auf (4)
NL: aanspraak maken op DE: Anspruch erheben auf (4), etwas beanspruchen