Vertaal
Naar andere talen: • zorg > ENzorg > ESzorg > FR
Vertalingen zorg NL>DE

zorg

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [zɔrx]

1) wat je doet voor iets dat of iemand die hulp of aandacht nodig heeft - Sorge (die ~), Pflege (die ~)
bejaardenzorg - Altenpflege
thuiszorg - ambulante Pflege
monumentenzorg - Denkmalschutz
veel zorg besteden aan - jemandem/etwas viel Pflege angedeihen lassen

2) gevoel dat er iets onaangenaams zal gebeuren - Sorge (die ~)
Verbuigingen:  zorgen (meerv.)
geldzorgen - Geldsorgen
je zorgen maken over iets - sich über etwas Sorgen machen
Er is nu eerst drinkwater en voedsel nodig; de wederopbouw is van later zorg. - Jetzt werden zuerst Trinkwasser und Nahrung benötigt; über den Wiederaufbau kann man später nachdenken.
uitdrukking van later zorg

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de zorg (m) die Pflege ; die Sorge
de zorgdie Administration ; die Besorgnis ; die Besorgtheit ; die Betreuung ; die Einrichtung ; die Fürsorge ; die Kontrolle ; die Krankenpflege ; die Pflege ; die Sorge ; die Versorgung ; die Verwaltung
zorgdie Betroffenheit
Bronnen: Wiktionary; interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `zorg`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aandacht
NL: acht
NL: beheer
NL: bekommernis
NL: belasting
NL: bescherming
NL: bewaking
NL: bezorgdheid
NL: controle
NL: gezondheidszorg

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: maatschappelijke, sociale zorg DE: Wohlfahrtspflege, Sozialfürsorge (die)
NL: veel zorg besteden aan DE: große Sorgfalt verwenden auf (4)
NL: (moeders) zitten altijd in zorg over hun kinderen DE: sind immer in Sorge um ihre Kinder
NL: (jij moet) er zorg voor dragen dat ... DE: dafür sorgen daß..., dafür Sorge tragen daß ...
NL: mij een zorg!, dat zal mij een zorg wezen! DE: das ist meine geringste Sorge
NL: vrij van zorgen DE: sorgenfrei, frei von Sorgen