Vertalingen vloer NL>DE
de vloer
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [vlur] |
| Verbuigingen: | vloeren (meerv.) |
het oppervlak in een gebouw waarop je staat -
Fußboden (der ~), Boden (der ~) | Haar kleren lagen verspreid over de vloer. - Ihre Kleider lagen über den Fußboden verstreut. |
 Je kunt er van de vloer eten.
(=het is er zeer schoon) - Da kann man vom Fußboden essen.
|
| over de vloer komen bij iemand
(=op bezoek komen bij iemand) - bei jemandem ein und aus gehen
|
| de vloer aanvegen met iemand
(=iemand op overtuigende wijze verslaan of bekritiseren) - jemanden zur Sau machen
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de vloer (m) | der Boden ; die Erde ; der Fußboden ; der Grund |
| vloer | Boden ; Docksohle ; Fussboden ; Gründungsplatte ; Liegende ; Parkett ; Pfahlrost ; Plattform ; Wagenboden |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `vloer`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: grondUitdrukkingen en gezegdes
NL: veel bij iemand over de
vloer komen
DE: viel in seinem Hause verkehrenNL: v.d.
vloer zijn
DE: zu Bett sein
