Vertaal
Naar andere talen: • uitbreken > ENuitbreken > ESuitbreken > FR
Vertalingen uitbreken NL>DE

uitbreken

werkw.
Uitspraak:  œydbrekə(n)]
Verbuigingen:  brak uit (verl.tijd )

1) een ruimte groter maken door een muur weg te halen - herausbrechen
Verbuigingen:  heeft uitgebroken (volt.deelw.)
We hebben de keuken uitgebroken. - Wir haben die Küche herausgebrochen.

2) uit de gevangenis ontsnappen - ausbrechen
Verbuigingen:  is uitgebroken (volt.deelw.)
De gevangenen zijn tijdens het transport uitgebroken. - Die Gefangenen sind während des Transports ausgebrochen.

3) plotseling en heftig beginnen - ausbrechen
Verbuigingen:  is uitgebroken (volt.deelw.)
Na de moord brak er een opstand uit. - Nach dem Mord brach ein Aufstand aus.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
uitbreken (znw.)der Ausbruch ; das Entkommen ; das Entwischen ; die Flucht
uitbreken (werkw.) ausbrechen ; herausbrechen
uitbreken ausbrechen ; entkernen
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `uitbreken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: losbarsten
NL: losbreken
NL: ontsnapping
NL: ontvluchting
NL: slopen
NL: uitbraak

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: (misschien kan ik) er vanmiddag een paar uurtjes uitbreken DE: mir heute nachmittag ein paar Stunden freimachen