Vertaal
Naar andere talen: • slenteren > ENslenteren > ESslenteren > FR
Vertalingen slenteren NL>DE

slenteren

werkw.
Uitspraak:  [ˈslɛntərə(n)]
Verbuigingen:  slenterde (verl.tijd ) heeft geslenterd (volt.deelw.)

langzaam en doelloos lopen - schlendern
door het dorp slenteren - durch das Dorf schlendern

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
slenteren (ww.) bummeln (ww.) ; flanieren (ww.) ; herumschlendern (ww.) ; schlendern (ww.) ; spazieren (ww.) ; spazierengehen (ww.) ; trödeln (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `slenteren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: banjeren
NL: drentelen
NL: kuieren
NL: lopen
NL: rondslenteren
NL: wandelen