Vertaal
Naar andere talen: • kijken > ENkijken > ESkijken > FR
Vertalingen kijken NL>DE

kijken

werkw.
Uitspraak:  [ˈkɛikə(n)]
Verbuigingen:  keek (verl.tijd ) heeft gekeken (volt.deelw.)

1) (iets of iemand) bewust zien - schauen , sehen
Ze keek om zich heen, maar kon haar kind niet vinden. - Sie sah sich um, konnte ihr Kind aber nicht finden.
naar een film kijken - einen Film ansehen
Ze kijkt of de bus al komt. - Sie sieht nach, ob der Bus schon kommt.

2) door je gezicht laten zien hoe je denkt of voelt - ausschauen , aussehen
ontevreden kijken - unzufrieden aussehen
vrolijk kijken - fröhlich aussehen
uitdrukking gek staan te kijken
uitdrukking staan te kijken van

3) kijken naar (iets) - schauen
televisie kijken - fernsehen
ieder weekend huizen kijken als je een huis wilt kopen - jedes Wochenende Häuser ansehen, wenn man ein Haus kaufen möchte

4) nagaan - schauen
Ik zal kijken wat ik voor je kan doen. - Ich schau mal, was ich für dich tun kann.
Ik zal nog wel kijken wat ik doe. - Mal sehen, was ich tue.

5) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking net komen kijken

6) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking Daar komt heel wat bij kijken.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
kijken (ww.) guggen (ww.) ; wahrnehmen (ww.) ; sehen (ww.) ; schauen (ww.) ; observieren (ww.) ; kucken (ww.) ; hinsehen (ww.) ; hinschauen (ww.) ; hinblicken (ww.) ; gucken (ww.) ; blicken (ww.) ; betrachten (ww.) ; beobachten (ww.) ; ansehen (ww.) ; anschauen (ww.)
kijken (werkw.) gucken ; wachen ; kucken
Bronnen: Wikipedia; interglot; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `kijken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aanschouwen
NL: bekijken
NL: bestuderen
NL: gadeslaan
NL: gluren
NL: observeren
NL: onderscheiden
NL: ontwaren
NL: opmerken
NL: schouwen

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: somber kijken DE: finster dreinschauen
NL: naar binnen kijken DE: hineinsehen, hereinsehen, hineingucken, hineinblicken, hineinschauen
NL: naar iets kijken DE: nach etwas sehen, (gadeslaan) etwas beobachten, (bekijken) sich (3) etwas ansehen, (beschouwen) etwas betrachten
NL: naar de kinderen kijken DE: nach den Kindern sehen, auf die Kinder achten
NL: naar het spel kijken DE: dem Spiele zusehen
NL: niet op geld kijken DE: das Geld nicht ansehen
NL: hij kijkt niet op een euro DE: es kommt ihm auf einen Euro nicht an
NL: (zijn armen) komen erdoor kijken DE: gucken (daraus) hervor
NL: plaatjes kijken DE: Bilder besehen
NL: winkels kijken DE: sich die Läden ansehen
NL: Iemand iets laten kijken DE: einen etwas sehen lassen
NL: ik zal 'ns kijken (of ik nog geld heb) DE: ich will mal nachsehen
NL: onthutst staan te kijken DE: verdonnert dastehen
NL: daar stond hij van te kijken DE: das wunderte ihn
NL: ik kom gauw eens kijken DE: ich spreche bald mal vor
NL: daar komt heel wat bij kijken DE: das ist noch nicht so einfach
NL: kijk eens! DE: sieh mal!
NL: kijk, kijk! DE: guck, guck!, (daar heb je hem ook) ei, sieh da