Vertalingen gunnen NL>DE
gunnen
werkw.
Uitspraak: | [ˈxʏnə(n)] |
Verbuigingen: | gunde (verl.tijd ) heeft gegund (volt.deelw.) |
vinden dat iemand iets prettigs mag ondervinden -
gönnen Ik gun je deze meevaller van harte. - Ich gönne dir dieses Glück von Herzen. zich de tijd gunnen om van het mooie weer te genieten - sich die Zeit gönnen, das schöne Wetter zu genießen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
gunnen (ww.) | austeilen (ww.) ; bewilligen (ww.) ; Entgegenkommen (ww.) ; erlauben (ww.) ; geben (ww.) ; gestatten (ww.) ; nachgeben (ww.) ; zuerkennen (ww.) ; zugestehen (ww.) ; zuteilen (ww.) ; zuweisen (ww.) |
gunnen | gönnen ; vergeben |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `gunnen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: duldenNL: durenNL: goedkeurenNL: goedvindenNL: gunst verlenenNL: inwilligenNL: latenNL: permitterenNL: schenkenNL: toebedelenUitdrukkingen en gezegdes
NL: het is je gegund
DE: ich gönne es dirNL: (een firma een werk)
gunnen
DE: zuweisenNL: een aanbesteding aan de laagste inschrijver
gunnen
DE: die Ausführung einer Arbeit an den Mindestfordernden vergebenNL: het perceel is niet gegund, werd aan de hoogste bieder gegund
DE: das Grundstück ist nicht zugewiesen worden, wurde dem Meistbietenden zugeschlagen