Vertaal
Vertalingen corresponderen NL>DE

corresponderen

werkw.
Uitspraak:  [kɔrɛspɔnˈderə(n)]
Verbuigingen:  correspondeerde (verl.tijd ) heeft gecorrespondeerd (volt.deelw.)

brieven schrijven en beantwoorden - im Briefwechsel stehen
corresponderen met een vriendin - mit einer Freundin im Briefwechsel stehen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
corresponderen (ww.) entsprechen (ww.) ; im Einklang sein (ww.) ; in Übereinstimmung sein (ww.) ; korrespondieren (ww.) ; schreiben (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `corresponderen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aansluiten
NL: een briefwisseling hebben
NL: overeenkomen
NL: overeenkomstig zijn
NL: overeenstemmen
NL: schrijven
NL: stroken