Vertalingen afstoten NL>DE
afstoten
werkw.
Uitspraak: | [ˈɑfstotə(n)] |
Verbuigingen: | stootte af (verl.tijd ) heeft afgestoten (volt.deelw.) |
1) niet meer willen hebben -
abstoßen personeel afstoten - Personal abstoßen een bedrijfsonderdeel afstoten - eine Firmensparte abstoßen |
2) (van het lichaam) niet als eigen lichaamsdeel accepteren -
abstoßen Na enige tijd bleek dat zijn lichaam de kunstheup afstootte. - Nach einiger Zeit stellte sich heraus, dass sein Körper die künstliche Hüfte abstieß. |
3) een gevoel van afkeer opwekken bij (iemand) -
abstoßen Zijn gezicht vol littekens stoot veel mensen af, waardoor hij maar geen partner kan vinden. - Sein mit Narben übersätes Gesicht stößt viele Menschen ab, sodass er keine Partnerin finden kann. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
afstoten (ww.) | herabstoßen (ww.) ; herunterstoßen (ww.) ; hinabstossen (ww.) ; hinunterstossen (ww.) |
afstoten (werkw.) | abstoßen |
het afstoten | das Abstoßen ; das Abweisen |
afstoten | Abstoßen ; Auslagerung ; Defeasance |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `afstoten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afdankenNL: afkerig makenNL: afketsenNL: afwerpenNL: afwijzenNL: eraf duwenNL: ketsenNL: mishagenNL: ontmoedigenNL: verwerpenUitdrukkingen en gezegdes
NL: van z.
afstoten
DE: von sich stoßen, zurückstoßen