ontmoedigen

Vertalingen ontmoedigen NL>DE

werkw.

Uitspraak:	[ɔntˈmudə x ə(n)]
Verbuigingen:	ontmoedigde (verl.tijd ) heeft ontmoedigd (volt.deelw.)

enthousiasme sterk laten afnemen - entmutigen

Dat niemand naar hun optreden kwam kijken, ontmoedigde het bandje erg. - Das niemand zu ihrem Auftritt kam, entmutigte die kleine Band sehr.

Overige bronnen

ontmoedigen (ww.)	demoralisieren (ww.) ; entmutigen (ww.)
ontmoedigen (werkw.)	entmutigen

Bronnen: interglot; Wiktionary

Voorbeeldzinnen met `ontmoedigen`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

NL: afstoten
NL: afwijzen
NL: demoraliseren
NL: demotiveren
NL: mishagen

Ook in de database