Vertalingen aanwijzen NL>DE
aanwijzen
werkw.
Uitspraak: | [ˈanwɛizə(n)] |
Verbuigingen: | wees aan (verl.tijd ) heeft aangewezen (volt.deelw.) |
1) met de wijsvinger wijzen naar (iets of iemand) -
anweisen , anzeigen , zuweisen , andeuten , zeigen een woord in een tekst aanwijzen - in einem Text auf ein Wort zeigen |
aanwijzend voornaamwoord (=<woord waarmee je duidelijk maakt wie of welke je precies bedoelt>) - besitzanzeigendes Fürwort
De aanwijzende voornaamwoorden zijn: die, dit, dat en deze. - Die besitzanzeigenden Fürwörter heißen: der, die, das und diese.
|
2) (iemand) uitkiezen -
ausersehen , ernennen , anweisen voor je pensionering een opvolger aanwijzen - vor der Pensionierung einen Nachfolger ernennen |
3) laten zien -
anzeigen De klok wijst aan hoe laat het is. - Die Uhr zeigt an, wie spät es ist. Boeien wijzen aan waar de vaargeul is. - Bojen zeigen die Lage der Fahrrinnen an. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
aanwijzen (ww.) | das Anweisen ; das Anzeigen |
aanwijzen | ausweisen ; zeigen ; zuteilen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Omegawiki.org
Voorbeeldzinnen met `aanwijzen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanduidenNL: aangevenNL: aangewezenNL: indicerenNL: tentoonspreidenNL: tonenNL: uitduidenNL: uitwijzenNL: vertonenNL: wijzenUitdrukkingen en gezegdes
NL: (de klok) wijst de tijd aan
DE: zeigt die Zeit anNL: tot erfgenaam
aanwijzen
DE: zum Erben bestimmenNL: (dit is) het aangewezen middel daarvoor
DE: das geeignete Mittel dazu