Vertaal
Naar andere talen: • simuler > DEsimuler > ENsimuler > ES
Vertalingen simuler FR>NL
[simyle]

1 imiter pour tromper - simuleren - veinzen

  'simuler un malaise'
  een flauwte veinzen


2 reproduire un fait naturel - simuleren - nabootsen

  'simuler un séisme'
  een aardbeving simuleren

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
simuler (ww.) acteren (ww.) ; beweren (ww.) ; doen alsof (ww.) ; dramatiseren (ww.) ; fingeren (ww.) ; huichelen (ww.) ; pretenderen (ww.) ; simuleren (ww.) ; spelen (ww.) ; stellen (ww.) ; toneelspelen (ww.) ; veinzen (ww.) ; verklaren (ww.) ; voorgeven (ww.) ; voorwenden (ww.) ; zich aanstellen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `simuler`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: affecter
FR: afficher
FR: composer
FR: contrefaire
FR: faire semblant
FR: feindre
FR: imiter
FR: jouer
FR: paraître
FR: plastronner

Uitdrukkingen en gezegdes
FR: simuler un combat NL: een spiegelgevecht houden