Vertalingen affecter FR>NL
[afɛkte]1 destiner ··· à un usage particulier - bestemmen (voor)
'affecter une somme d'argent à la construction'
een som geld bestemmen voor de bouw2 attribuer un poste à ··· - aanstellen
'affecter un employé à un autre service'
een werknemer bij een andere dienst aanstellen[afɛkte]1 toucher par une émotion - treffen
'Sa disparition nous a beaucoup affectés.'
We zijn erg geschokt door zijn vermissing.[afɛkte]1 donner l'impression d'éprouver - voorwenden
'affecter l'indifférence'
onverschilligheid voorwenden© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
affecter (ww.) | achterhouden (ww.) ; behouden (ww.) ; beïnvloeden (ww.) ; huichelen (ww.) ; opzijleggen (ww.) ; reserveren (ww.) ; terughouden (ww.) |
affecter | aanduiden ; aantasten ; aanwijzen ; afbreuk doen ; affecteren ; gevolgen hebben ; ongunstig beinvloeden ; toewijzen ; verbinden |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Omegawiki.org; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm; ICT-Woordenboek
Voorbeeldzinnen met `affecter`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: afficherFR: assignerFR: attribuerFR: composerFR: consacrerFR: déplacerFR: destinerFR: faire semblantFR: muterFR: nommer