Vertalingen imiter FR>NL
[imite]1 reproduire la manière d'être de ··· , d'un animal - imiteren
'imiter le cri du singe'
apengeluiden imiteren2 faire comme ··· - net doen als - nadoen
'Il imite son père.'
Hij doet net als zijn vader.3 reproduire un objet, une matière - namaken - nabootsen - imiteren
'imiter la fourrure'
bont nabootsen4 reproduire, copier - nabootsen
'imiter la signature de ··· '
iemands handtekening nabootsen© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
imiter (ww.) | uitdrukken (ww.) ; verwoorden (ww.) ; vervalsen (ww.) ; vertolken (ww.) ; verpersonificeren (ww.) ; verbeelden (ww.) ; uiting geven aan (ww.) ; uiten (ww.) ; uitdrukking geven aan (ww.) ; falsificeren (ww.) ; uitbeelden (ww.) ; navolgen (ww.) ; namaken (ww.) ; nadoen (ww.) ; nabootsen (ww.) ; kopiëren (ww.) ; imiteren (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `imiter`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: calquerFR: caricaturerFR: contrefaireFR: copierFR: frelaterFR: mimerFR: parodierFR: pillerFR: piraterFR: plagier