Vertaal
Naar andere talen: • morceau > DEmorceau > ENmorceau > ES
Vertalingen morceau FR>NL
[mɔʀso]
[mv: morceaux]
1 partie de ··· - stuk - gedeelte

  'un morceau de viande'
  een stuk vlees


2 partie d'une œuvre musicale - stuk

  'jouer un morceau'
  een stuk spelen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
morceau (m) de scherf ; de klont ; de klonter (m) ; het klontertje ; het klontje ; het onderdeel ; het onderdeeltje ; de part ; plak brood (znw.) ; het klompje ; het segment ; de snee ; het sneetje ; de splinter (m) ; het stuk ; het suikerklontje ; het wrakstuk ; klomp ; het ingrediënt ; hap ; de fractie (v) ; de element (m) ; diggel (znw.) ; het deeltje ; het deel ; de component (m) ; het brokstuk ; de brok ; de boterham ; het bestanddeel ; het basisbestanddeel ; het aandeel
morceau stuk
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `morceau`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: bout
FR: fraction
FR: partie
FR: pièce
FR: portion
FR: tranche

Uitdrukkingen en gezegdes
FR: aimer les bons morceaux NL: van lekker eten en drinken houden
FR: mâcher les morceaux à  quelqu'un. NL: iemand iets voorkauwen, iemand het werk vergemakkelijken
FR: manger un morceau NL: een stukje eten
FR: manger, casser le morceau (pop.) NL: doorslaan, gaan praten
FR: rogner les morceaux à  quelqu'un. NL: iemand kort houden
FR: tomber en morceaux NL: stukvallen