Vertalingen trahir FR>NL
[tʀaiʀ]1 dénoncer ··· - verraden2 ne pas respecter, ne pas être fidèle à - ontrouw zijn aan
'trahir un ami'
een vriend in de steek laten
'trahir la confiance de ··· '
iemands vertrouwen beschamen3 faire connaître ce qui devait rester caché - verraden
'trahir un secret'
een geheim verraden
'Son expression l'a trahi.'
Zijn gelaatsuitdrukking verraadde hem.4 donner une idée fausse de - onjuist weergeven
'trahir la pensée de ··· '
iemands gedachten onjuist weergeven5 abandonner, manquer - in de steek laten
'Ma mémoire me trahit.'
Mijn geheugen laat me in de steek.© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
trahir (ww.) | aanbrengen (ww.) ; aangeven (ww.) ; klikken (ww.) ; logenstraffen (ww.) ; loochenen (ww.) ; uitbrengen (ww.) ; verklappen (ww.) ; verklikken (ww.) ; verlinken (ww.) ; verloochenen (ww.) ; verraden (ww.) ; verzaken (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `trahir`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: dénoncerFR: desservirFR: divulguerFR: lâcherFR: livrerFR: manifesterFR: montrerFR: renierFR: révélerFR: tromperUitdrukkingen en gezegdes
FR: trahir la confiance de quelqu'un.
NL: iemands vertrouwen beschamen