Vertaal
Naar andere talen: • truco > DEtruco > ENtruco > FR
Vertalingen truco ES>NL

el truco

zelfst.naamw.
Uitspraak:  ['tɾuko]

1) procedimiento ingenioso empleado para conseguir un fin - foefje
Se valió de un truco para hacer que el televisor recibiera bien la señal. - Hij maake gebruik van een foefje om te zorgen dat de televisie het signaal goed kon ontvangen.

2) trampa ingeniosa usada para conseguir un fin - truc
Ganó la partida de cartas mediante un truco deshonesto. - Hij heeft het kaartspelletje met een valse truc gewonnen.

3) procedimiento usado para generar efectos - truc
un truco de magia - een goocheltruc

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
el truco (m) foef (znw.) ; het foefje ; gemene streek (znw.) ; het goochelkunstje ; de goocheltruc (m) ; de handigheid (v) ; de kneep ; het kneepje ; de list ; het maniertje ; de manoeuvre ; de truc (m) ; de trucage (v) ; de truuk (m) ; vuile truc (znw.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `truco`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: agilidad
ES: aptitud
ES: ardid
ES: arte
ES: artes
ES: artificio
ES: ciencia
ES: comodidad
ES: engaño
ES: estratagema