Vertalingen sucumbir ES>NL
sucumbir
werkw.
1) dejar de oponer resistencia ante algo que ejerce presión -
bezwijken Sucumbió a sus pasiones - Ze bezweek voor zijn passies |
2) morir en una guerra o catástrofe -
omkomen Los pasajeros del avión sucumbieron en el accidente. - De passagiers van het vliegtuig zijn in het ongeluk omgekomen. |
3) dejar de existir una cosa que afecta a un grupo -
instorten La industria artesanal sucumbió ante el avance de las manufacturas importadas. - De ambachtelijke industrie is ingestort bij de opmars van de geïmporteerde vervaardigingen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
sucumbir (ww.) | afleggen (ww.) ; bezwijken (ww.) ; doorleven (ww.) ; doorstaan (ww.) ; het onderspit delven (ww.) ; onder water gaan (ww.) ; ondergaan (ww.) ; tenondergaan (ww.) ; toegeven (ww.) ; verdragen (ww.) ; verduren (ww.) ; verteren (ww.) ; zinken (ww.) ; zwichten (voor de verleiding) (ww.) |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `sucumbir`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: aguantarES: caerES: cederES: combarseES: comerseES: consumirES: corroerES: corroerseES: desaparecerES: desaparecer bajo u.c.