Vertaal
Naar andere talen: • regar > DEregar > ENregar > FR
Vertalingen regar ES>NL

regar

werkw.
Uitspraak:  [reaɾ]

1) echar agua sobre la tierra para alimentar las plantas - water geven
Riega todas las mañanas el jardín. - Hij geeft de tuin elke dag water.

2) derramar un líquido sobre una cosa o superficie - begieten
regar con licor unos bizcochos - koekjes met likeur begieten

3) pasar un río por una región - bevloeien
El Tíber riega las campiñas del Lacio. - De Tebere bevloeit het landschap van de Lazio.

4) acompañar con una bebida alcohólica una comida - besproeien
Regaremos esta carne asada con un buen vino tinto. - We zullen dit geroosterde vlees met een goede rode wijn besproeien.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
regar (ww.) begieten (ww.) ; bespatten (ww.) ; bespetteren (ww.) ; besproeien (ww.) ; bespuiten (ww.) ; bevloeien (ww.) ; bevochtigen (ww.) ; gieten (ww.) ; irrigeren (ww.) ; schenken (ww.) ; sproeien (ww.) ; uitstorten (ww.) ; water geven (ww.)
regar bevloeien ; irrigeren
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `regar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: abalanzarse
ES: derramar
ES: desparramar
ES: desperdigar
ES: diseminar
ES: dispersar
ES: echar
ES: empapar
ES: escanchar
ES: esparcir