Vertalingen recorrer ES>NL
recorrer
werkw.
1) atravesar un espacio o lugar -
doortrekken La expedición recorrió la selva ecuatoriana. - De expeditie doortrok het Ecuatoriaanse oerwoud. |
2) transitar una determinada distancia -
afleggen El tren recorrió 200 km. - De trein heeft 200 km afgelegd. |
3) inspeccionar un lugar con detenimiento -
doorzoeken Recorrió toda la casa buscando a su hijo. - Hij heeft het hele huis doorzocht op zoek naar zijn zoon. |
4) leer por encima un texto -
doorbladeren Antes del examen recorrió sus apuntes velozmente. - Voor het examen heeft hij zijn aantekeningen snel doorgebladerd. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
recorrer (ww.) | aflopen (ww.) ; bereizen (ww.) ; doorheen reizen (ww.) ; koers zetten naar (ww.) ; reizen door (ww.) ; rondtrekken (ww.) ; vervoegen (ww.) ; zich begeven naar (ww.) |
recorrer | doorkruisen ; in de vorm omzetten |
Bronnen: interglot; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `recorrer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: atravesarES: bajarES: dirigirse aES: encaminarse aES: pasar porES: pasear porES: viajar por