Vertalingen fidelidad ES>NL
la fidelidad
zelfst.naamw.
1) lealtad y constancia en las relaciones o ideas -
trouw | La fidelidad de mi perro me emociona. - De trouw van mijn hond ontroert me. |
2) exactitud en la ejecución de algo -
exactheid | La fidelidad de la copia hizo sospechar al especialista. - De exactheid van het afschrift bracht de deskundige aan het twijfelen. |
 alta fidelidad
(=reproducción de sonidos con excelente calidad en los equipos de música y otros aparatos) - zeer getrouwe weergave
equipo de música de alta fidelidad - muziekinstallatie van zeer getrouwe weergave
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| la fidelidad (v) | de loyaliteit (v) ; de verknochtheid (v) ; trouwhartigheid (znw.) ; trouw (znw.) ; rondheid (znw.) ; rondborstigheid (znw.) ; de rechtschapenheid (v) ; de oprechtheid (v) ; de openheid (v) ; de openhartigheid (v) ; de onkreukbaarheid (v) ; de integriteit (v) ; de getrouwheid (v) ; de gehechtheid (v) ; de eerlijkheid (v) ; de affectie (v) ; de aanhankelijkheid (v) ; de aanhang (m) |
| fidelidad | gemeenschapstrouw ; weergavegetrouwheid ; reproduceerbaarheid ; precisie |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `fidelidad`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: aberturaES: afectoES: afectuosidadES: aperturaES: buenas costumbresES: buenos modalesES: candidezES: convenienciaES: cordialidadES: decencia
