Vertaal
Naar andere talen: • disimular > DEdisimular > ENdisimular > FR
Vertalingen disimular ES>NL

disimular

werkw.
Uitspraak:  [disimu'laɾ]

1) encubrir con habilidad algo - verbergen
No pudo disimular los nervios. - Hij kon zijn zenuwen niet verbergen.

2) modificar la apariencia de una cosa añadiéndole algo para que no se muestre como es en realidad - verhullen
Disimulé la mancha con pintura. - Ik heb de vlek met verf verdoezeld.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
disimular (ww.) achterhouden (ww.) ; beschermen (ww.) ; bescherming bieden (ww.) ; beschutten (ww.) ; ontveinzen (ww.) ; verbergen (ww.) ; verbloemen (ww.) ; verheimelijken (ww.) ; verstoppen (ww.) ; vervreemden (ww.) ; wegfutselen (ww.) ; wegstoppen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `disimular`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: callar
ES: camuflar
ES: defensar
ES: defraudar
ES: desfalcar
ES: disentir
ES: disfrazar
ES: encamisar
ES: encubrir
ES: enmascarar