Vertalingen balancear ES>NL
I balancear
werkw.
mover algo de un lado a otro -
heen en weer bewegen balancear los brazos - de armen heen en weer bewegen |
II balancearse
werkw.
moverse de un lado para otro -
balanceren , schommelen balancearse al caminar - schommelend lopen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
balancear (ww.) | balanceren (ww.) ; bengelen (ww.) ; bungelen (ww.) ; fluctueren (ww.) ; in evenwicht brengen (ww.) ; slingeren (ww.) ; uitbalanceren (ww.) ; variëren (ww.) ; wankelen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `balancear`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: acunarES: anadearES: arredrarseES: arrojarES: balancearseES: balbucearES: balbucirES: bambolearES: bambolearseES: cambiar