Vertaal
Naar andere talen: • atraer > DEatraer > ENatraer > FR
Vertalingen atraer ES>NL

atraer

werkw.
Uitspraak:  [aaˈeɾ]

1) acercar y retener algo por propiedades físicas - aantrekken
El imán atrae el hierro. - Een magneet trekt ijzer aan.

2) acercar a alguien a una idea y conseguir su adhesión - voor zich winnen
atraer a un partido político - een politieke partij voor zich winnen

3) ocasionar, provocar algo - aantrekken
atraer inversiones extranjeras - buitenlandse investeringen aantrekken

4) ganar el interés, el afecto y la atención de alguien - trekken
atraer la atención de los medios de comunicación - de aandacht trekken van de media

5) provocar interés, afecto y deseo en alguien - aantrekken
Es tan hermosa que atrae a todos los chicos. - Ze is zo mooi dat ze alle jongens aantrekt.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
atraer (ww.) aantrekken (ww.) ; bijtrekken (ww.) ; dichtbijlokken (ww.) ; erbij trekken (ww.) ; lokken (ww.) ; naar zich toe trekken (ww.) ; naartoe trekken (ww.) ; rekruteren (ww.) ; rukken (ww.) ; sleuren (ww.) ; tevoorschijn lokken (ww.) ; trekken (ww.) ; verleiden (ww.)
atraer verlokken
Bronnen: interglot; Trueterm


Voorbeeldzinnen met `atraer`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: absorber
ES: agradar
ES: alistar reclutas
ES: arrastrar
ES: aspirar
ES: captar
ES: cautivar
ES: consumir enteramente
ES: deslumbrar
ES: despertar interés