Vertaal
Naar andere talen: • aprestar > DEaprestar > ENaprestar > FR
Vertalingen aprestar ES>NL
aprestar (ww.) bereiden (ww.) ; brouwen (ww.) ; iets toebereiden (ww.) ; klaarmaken (ww.) ; prepareren (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `aprestar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: aderezar
ES: arreglar
ES: preparar
ES: prepararse