Vertaal
Naar andere talen: • abundar > DEabundar > ENabundar > FR
Vertalingen abundar ES>NL

abundar

werkw.
Uitspraak:  [aβunˈdaɾ]

1) existir algo en gran cantidad - volop voorhanden zijn
En ese arroyo abundan las truchas. - Die rivier zit vol met forel.

2) confirmar un tema agregando información - delen
No están convencidos es necesario abundar en el tema. - Ze zijn niet overtuigd, het is noodzakelijk om volledig in te stemmen over dit thema.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
abundar (ww.) wemelen (ww.)
Bron: Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `abundar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: afluir
ES: bullir
ES: estar plagado de
ES: existir en abundancia
ES: hervir
ES: hormiguear
ES: manar
ES: multiplicarse
ES: proliferar
ES: pulular